Verwonderd keek ik voor het eerst in mijn leven naar de kuikens van een Kiekendief. Drie kuikens zijn uit het ei, het vierde ei ligt nog in het nest.

Vanmorgen was ik verbaasd en een beetje verontwaardigd dat ze zo weinig riet voor bescherming hebben. Ik hoop dat ze het redden in deze schrale leefomgeving.
De ouders hadden zich stil uit de voeten gemaakt en bleven op afstand, tot ik weer uit de voeten was en zij via de achterkant snel en bijna ongezien weer bij het nest belanden.
Ik kijk een tijdje naar de foto en geniet. Je kunt aan de kuikens al zien wat ze later gaan worden.
Grote ogen die scherp gaan zien, kromme snavel die zorgt voor eten en grote vleugels waarmee ze gaan zweven boven het riet.
Mijmerend denk ik aan mijn Vader die zo ook naar mij gekeken heeft. Alles wat ik later nodig had zat er als baby bij in. Hij zag mij al “vliegen” voor ik wist wat vliegen was.
Ik mijmer verder. Deze kuikens gaan straks vliegen, daarvoor zijn ze geschapen.
En ik? vraag ik mezelf af.
En Jij?
Doen wij ook waarvoor we geschapen zijn?
Genieten anderen net zo van ons als ik van deze ontmoeting geniet?